Deventer

Terugblik op "Een kwekerij in winterslaap" door Inke Mensink

Onze inleider, Arjan Schepers, introduceerde zichzelf: “Van het werk in de industriële automatisering, waarin ik een opleiding heb gevolgd, werd ik niet erg gelukkig”, vertelde hij. “Wel van buiten met planten bezig te zijn. Daarom besloot ik op een bepaald moment om naar de Tuinbouwschool in Zwolle te gaan. Daarna volgden stages, o.a. bij Coen Jansen in Dalfsen.

Ook heb ik in de plantenkwekerij ‘Moerheim’ gewerkt in Dedemsvaart, thans de stichting ‘de Tuinen van Mien Ruys ‘. In 2003 begon ik, naast een fulltimebaan, een hobbykwekerij in Zwolle. In 2008 startte ik de kwekerij in Mariënheem, in de begintijd naast ander werk. Herfst en winter zijn voor mij dé tijd om planten te delen, op te potten, gewonnen zaad te schonen en te zaaien. Voor het schonen van zaad heb ik zelf een aantal kleine machines en werktuigen gemaakt. Als potgrond gebruik ik een mengsel bestaande uit twee soorten compost, 10% kleipoeder, houtvezels en boomschors. De gebruikelijke potgrond bevat 50% turf. De leveranciers daarvan hebben in Ierland en de Baltische staten land gekocht om turf te kunnen winnen. De grond wordt soms tot 10 meter diep afgegraven. Duizenden hectares aan CO2 opslag gaan zo verloren en er blijft een woestijnachtig landschap over. Er zijn producenten die nu in plaats van turf kokosvezels gebruiken. Maar dat komt van ver. Ik heb mijn leverancier gevraagd om een potgrondmengsel te ontwikkelen met materialen uit de buurt. En uiteindelijk is dat gelukt. Het mengsel is ook bij mij op de kwekerij te koop. Als bemesting gebruik ik gecoate kunstmest korrels, die de voeding zo langzaam aan de bodem afgeven dat er niets uitspoelt.

Naast het werk op de kwekerij maak ik in de winter tuinontwerpen, praat bij met collega’s, ben aan het studeren en bezoek congressen. In Engeland is dat heel gebruikelijk, hier was het dat niet, maar vorig jaar hebben we bij kwekerij De Hessenhof in Ede voor het eerst een wintercongres georganiseerd en daar gaan we mee door. Net als met het evenement “Kijken bij de kweker”, georganiseerd door en voor kleine kwekerijen. Na de pauze zagen we beelden van enkele “goede” vaste planten, zoals Phlox “Für Elise”, vernoemd naar de vrouw van Arjan Schepers. De plant kan tegen warmte en droogte, bloeit roze tussen juli en oktober en heeft aantrekkelijke, donkere stengels. Ook Baptisia “Mien” is bijzonder; de knoppen gaan wit open, worden daarna blauw en het is een goede stikstofbinder. Geitebaard “Ulf kan tegen droogte, net als Achillea “Pomegranate”, paars/rood en goed op kleur blijvend. Anemone nemerosa en cyclaampjes kunnen zelfs onder beuken groeien. Uit China en Japan komen veel nieuwe kruisingen van Epimedium, zoals de prachtige E. “Red maximum” met veel grotere bloemen dan gebruikelijk. Wil je zelf aan de gang met planten vermeerderen, scheur dan de voorjaarbloeiers in het najaar en de najaarbloeiers in het voorjaar. Ga je zaaien, heb dan vooral geduld, adviseerde Arjan Schepers ons. “Zaad dat ik verzamelde van een plant in Kirgizië, ontkiemde pas na vier jaar”. Website: ►www.arjanschepers.nl

Inke Mensink .