Deventer

Zaaien en aanplanten van groenten in de moestuin

  • Voorkweken

Veel groentesoorten hebben een lange ontwikkelingstijd van het zaaien tot de oogst. Daarenboven is het vorstgevaar pas echt geweken na de IJsheiligen (half mei). Zaaien in de koude grond is wel mogelijk bij groentensoorten die een lange ontwikkelingstijd hebben of die wat vorst en lagere temperaturen kunnen verdragen. Op de verpakkingen staan de aanwijzingen. Soms neem je een gokje. Bij nateelten is tijdig zaaien belangrijk omdat later het licht zwakker wordt en daarmee de groei.

Bij vorstgevoelige soorten kun je de jonge planten in april/mei kopen. Je kunt ze ook zelf opkweken in verwarmbare ruimtes totdat ze in mei in de volle grond kunnen worden gezet. Je kunt hiermee al beginnen in februari op een zonnig plekje in de vensterbank. Begin niet te vroeg, want dan krijg je pierige plantjes die veel zorg vereisen.

In "Moestuinieren in de vensterbank" staat een aardig voorbeeld van het kweken van tuinkers en aardappelen in de vensterbank beschreven. Er zijn meerdere manieren om voor te kweken: zaaien in bakjes, onder een folietunnel en in een warme of koude bak.

  • Aanleg van de bedden

Zodra de grond in het voorjaar is opgedroogd en het weer het toelaat, kan je beginnen met het klaarmaken van de bedden voor het uitzaaien. Bij een onbeschutte ligging van de tuin moeten de bedden vanwege de bezonning bij voorkeur van noord-zuid lopen.

Zaai niet te dicht op elkaar, noch in de rij noch tussen de rijen (goede rijafstand). Kies de maatvoering van de bedden zo dat je er gemakkelijk bij kunt. Loop niet over de grond, maar alleen op de paden of betreedt grond via een loopplank. Na het zaaien is het belangrijk dat de grond licht wordt aangedrukt en vochtig blijft.

De diepte van de ligging van het zaad hangt samen met de grootte van de zaden. Grote zaden onder de grond en kleine zaden dicht bij de oppervlakte als vuistregel. Bij name bij kleine zaden moet de grond fijn van structuur zijn, anders verdwijnt teveel zaad bij het gieten de diepte in.

Noteer in een tuinagenda wanneer je wat zaait. Noteer ook dat je bijzaait als hier en daar de opkomst van het zaad niet goed is gegaan.

  • Beschutting

Het is prettig als een tuin omheind is en de wind - die heel koud kan zijn of in de zomer heel verzengend - wordt gebroken. Maar het belangrijkste is dat de groentenbedden goed licht en zon krijgen. Als omheining kun je naast bessenstruiken ook snel groeiende zonnebloemen en heesters aanplanten. Dat staat bovendien leuk. In "Loofhoutgewassen voor het aanplanten van een heg" is een overzicht opgenomen van heesters die goed gesnoeid kunnen worden.

In "De groentetuin van A tot Z" lees je meer over het aanleggen e.d. van moestuinen. Ook "Jelle's makkelijke moestuin" is een aanrader. (boeken kunt u vinden door te Googelen)

  • Kiemtemperatuur van enkele groentezaden

Dit betekent niet dat ook de eerste ontwikkeling na het kiemen bij deze temperaturen het beste kan plaatsvinden.

 

Groentesoort

Temperatuur in graden Celsius

 

Minimaal

Optimaal

Bietjes

4-5

25

Erwten

1-2

30

Komkommer

12

35

Radijs

3-4

25

Rammenas

6-10

25

Spinazie

8

15-17

Stokbonen

10

32

Tuinbonen

3-4

25

Uien

1-2

23

Veldsla

4-6

25

Wortels

4-5

22