Op een zonnige zondagmiddag in september dwaalde ik tussen honderden familieleden van onze “dennenboom”. Het Pinetum ligt in het buitengebied bij Vorden en is vrij toegankelijk. Het woord is afgeleid van Pinus-dennenboom, een boom die kegels draagt. Net als die andere kegeldragers, de coniferen.
Binnen deze groep maken 7 families de dienst uit. Zij tooien zich met namen die allen eindigen op “-aceae” wat “-achtigen” betekent, zoals Cupressacae en Taxaceae en daarbinnen zijn er weer 50 geslachten en 500 soorten!
Op het terrein staan alle soorten door elkaar in een multifamiliale samenleving. Bij iedere boom staat een nummerbord dat correspondeert met de inventarislijst die bij de ingang ligt en die je op de wandeling mee kan nemen.
De Belten is een landgoed. Het is een bijzondere plek. De verzameling is in 1961 opgezet door de toenmalige bewoner van het landhuis, Jhr.mr. P. R. Feith (een afstammeling van de bekende schrijver). Op een vrijgekomen stuk grond zocht hij naar bomen die voor de droge bosgrond geschikt waren. Er stonden in de omgeving al wat coniferen, de abies, de picea, de chamaecyparis en de juniperus. Toen hij zich verder in het onderwerp verdiepte werd hij getroffen door de grote aantallen variëteiten in soorten en cultivars. Zijn verzamelwoede werd aangesproken. Ruim 10 jaar later stonden er al 1500 soorten op het terrein! Naar verluidt de grootste verzameling in particuliere handen in de wereld!
De hele collectie is in 1974 in een stichting ondergebracht. Toen de heer Feith in 1980 overleed was er dan ook een bestuur, dat in staat was om de collectie te blijven beheren en te verzorgen. Het grootste probleem daarbij was ruimtegebrek: de geweldige groei van de in de zestiger jaren aangeplante bomen maakte het nodig tot een renovatie over te gaan, waarbij zo’n 600 bomen geruimd werden, maar niet dan nadat van vele daarvan stekken genomen waren, die o.m. in Boskoop werden verzorgd en later op het pinetum werden uitgezet. De oorspronkelijke opzet: families bij elkaar, werd losgelaten.
Na zijn overlijden werd de dagelijkse zorg voor het pinetum grotendeels door leden van de familie en deskundige vrijwilligers voortgezet. Op het ogenblik staan er tegen de duizend verschillende soorten coniferen en andere naaktzadige bomen op het terrein.
Ik was getroffen door de grote variëteit in vorm, groeiwijze en kleur. En de kegels stalen voor mij de show!
Een boom die ik niet verwachtte was de Ginkgo. Er zijn diverse soorten te bekijken.
Bij navraag blijkt uit de mail het volgende:
“De ginkgo draagt bladeren, en geeft een soort pruimachtige vruchten met een grote pit. Het is geen conifeer, maar hoort er wel bij. Wij hebben n.l. een verzameling van ginkgo, taxus en coniferen die allemaal onder de paraplu van de naaktzadigen vallen. Dit in de volgorde van de evolutie.”
Het Pinetum is een oase van rust en groen, er is een vijver, er zijn veel vogels, kortom een verborgen pareltje in de Achterhoek. De wandeling over het terrein duurt een half uur tot een uur, al naar gelang je veel stilstaat, foto’s maakt en tijd neemt om te genieten!
Ik wil er nog weer eens heen als de eerste sneeuw is gevallen!!
Corrie Eland